Het geluk behoort aan hen, die aan zichzelf genoeg hebben.

 – Aristoteles –

 

Eigenwaarde is het beeld dat een mens op emotioneel niveau van zichzelf heeft, zonder daarbij redelijk of logisch te zijn. Het wordt in het Westen vaak afgespiegeld aan de mate van zelfvertrouwen, de mate waarin iemand voor zichzelf zorgt, van zichzelf houdt of voor zichzelf opkomt.

Diverse psychische processen worden bepaald door je gevoel van eigenwaarde. Zo zullen mensen met een te hoog gevoel van eigenwaarde zich begeven in situaties die die ze niet blijken aan te kunnen, met alle gevolgen van dien. Bij psychische klachten is er echter vaker juist sprake van een te lage eigenwaarde.

Een disproportionele eigenwaarde ontstaat als je (vaak van huis uit) je eigenwaarde afmeet aan:

– De prestaties die je levert

– De bezittingen die je hebt

– Het vergelijken met anderen

– Jouw eigenwaarde ondergeschikt maakt aan het oordeel van anderen

 

Hoe merk je of je last hebt van een te lage eigenwaarde?

Als je last hebt van een te laag gevoel van eigenwaarde, kan een gevoel van onzekerheid het meest in het oog springen. Mogelijk niet naar de buitenwereld, maar zeker in de binnenwereld. Iedereen heeft wel eens een gevoel van onzekerheid, twijfel of teleurstelling. Iemand met een gezonde eigenwaarde zal bij een tegenslag, onverwachte gebeurtenis of nare ervaring het op zijn hoogst naar vinden om dat te voelen en het verwerken. Iemand met een te lage eigenwaarde zal datzelfde gevoel hebben maar zal dit niet alleen ervaren als een gevoel dat hem/haar overspoelt, hij/zij zal dit ook betrekken op zijn gehele zelfbeeld.

Een voorbeeld: Nadia heeft een gezond gevoel van eigenwaarde en werkt op kantoor. Haar collega Peter heeft een te lage eigenwaarde. Zij doen samen een project en hebben daartoe een presentatie voorbereid voor een klant. De klant reageert kritisch op de presentatie en wijst het project af. Nadia baalt er van en om de kritiek goed te begrijpen vraagt ze de klant om opheldering. Als Peter merkt dat de klant niet tevreden is richt zijn aandacht zich steeds meer naar binnen en hij voelt zich ongemakkelijk. Hij wou maar dat de presentatie was afgelopen en de klant zou vertrekken. Na afloop bespreken Nadia en Peter de presentatie. Nadia spreekt uit dat ze er van baalt. Sommige kritiekpunten benoemt ze nog met een eerste gedachte over hoe ze zich daarin de volgende keer kunnen verbeteren. Ze loopt terug naar haar werkplek, maakt een kop thee en neemt even pauze, waarna ze met goede moed en haar leerpunten aan haar andere project begint. Peter reageert met ‘Ach, die klant snapte er gewoon niets van, wat een dwazen’. Als hij terugloopt naar zijn werkplek voelt hij zich klein en terneergeslagen. Er gaan gedachten door hem heen zoals ‘wat zal mijn partner straks wel niet zeggen?’, ‘Nadia zal het mij wel kwalijk nemen’, ‘ik zal de volgende presentatie vast ook verknallen’, ‘wat ben ik toch een stommeling’. Hij wil extra zijn best doen op zijn andere project, maar kan zich eigenlijk niet goed meer concentreren.

 

Zonder al te moralistisch over te komen lijkt de eigenwaarde wel erg onder druk te staan met de globalisering en de invloed die social media hebben op ons leven. Afgezien van de verslavende werking die social media kunnen hebben, versterkt het een verwrongen zelfbeeld en dus de eigenwaarde, zoals in de punten hierboven genoemd. Omdat je op social media constant geconfronteerd wordt met het gras van de buren, lijkt je eigen gras wel steeds meer dor. Om dat te voorkomen wordt geïnvesteerd in uiterlijkheden en dat gaat ten koste van de belangrijkste voeding voor een gezonde mate van eigenwaarde: innerlijke zelfzorg.